Tekst Andreas Verwaal | Foto Fred van der Zee
Toen ik zes jaar oud was, gingen we op zondagmiddag vaak naar het vliegveld bij ons in de buurt. Als het mooi weer was, waren er parachutes te zien. Verticaal meanderend zochten ze een weg naar beneden. Het was alsof ik op een enorm groot scherm naar een prachtige screensaver van Windows 95 aan het kijken was. In het begin wist ik ook niet zo goed of er echte mensen onder de parachute bungelden of dat het poppen waren. Het maakte voor mij niet uit. Ik vond het een schitterend gezicht. Wat me vooral fascineerde, was het feit dat ze vlogen. Ik had nog nooit gevlogen. Een trampoline of schommel was voor mij het hoogtepunt op vlieggebied waarbij de wetten van de zwaartekracht niet op mij van toepassing waren.
Naast parachutisten spotten, keek ik ook naar de vliegtuigjes die hun rondjes maakten. Ik droomde ervan om zelf met een klein vliegtuigje mee te vliegen maar het kwam niet eens in me op om mijn ouders te vragen of dat een keer mocht. Alles wat ik nooit had gedaan of gehad, plaatste mijn brein in het vakje ‘onbetaalbaar’. Vuurwerk en ligakoeken met crème vielen ook in die categorie. Toen ik op mijn veertiende eenmaal voor het eerst had gevlogen, was de grootste magie van het vliegen af. Ik had meegemaakt dat vliegen geen wonder is, maar gewoon wetenschappelijk valt te verklaren. Dat was fijn voor mijn gevoel van veiligheid, maar het dromen was wel een beetje voorbij.
Toch blijft het mooi om in alle rust met een zonnetje op je gezicht te kijken naar vliegtuigen die hun weg zoeken in het luchtruim en te bedenken waar ze allemaal heen gaan.
Word jij nou ook enthousiast van het spotten van vliegtuigen? Pak je verrekijker en ga op pad.
Er zijn twee officiële spottersplaatsen op Schiphol: IJweg 614, Vijfhuizen (Polderbaan) en Loevesteinse Randweg 230 bij McDonalds (Buitenveldertbaan). De vaste verrekijker op de spottersplaats kost €1,-. www.vliegtuigenspotter.nl
