Moderne slavernij in Nederland

Journalisten van onderzoeksplatform Investico brachten moderne uitbuiting in beeld. Niet alleen de Bengaalse polaroidfotograaf en Poolse seizoenswerker maar ook Nederlandse werknemers zijn steeds vaker de dupe van ‘neoliberale’ slavernij. Tekst Willem Don Beeld Erik Veld

0
3348

“Picture? Picture?”, vragen ze, op soms nogal dwingende toon. Als je wel eens in een kroeg van een grote stad komt, ken je ze vast: de mannen die met een polaroidcamera om de hals de cafés langsgaan. Het zijn merendeels Bengaalse mannen zonder verblijfsvergunning. Sommigen zijn geronseld, door een baas die ze een slaapplek verhuurt, een polaroidcamera geeft en op pad stuurt. Ze hebben geen contract, geen onderhandelingspositie en zijn afhankelijk van de beloftes van hun baas over uitbetalingen.

Het is een van de voorbeelden van de onderkant van de arbeidsmarkt die voorbijkomen in Uitgebuit, het verhaal van de Nederlandse werkvloer. Journalisten van onderzoeksplatform Investico kwamen arbeidsonrecht op zoveel plekken tegen dat hun verhalenreeks uitgroeide tot een boek. Ze zagen alle gradaties van uitbuiting in het zo gereguleerde Nederland.

Schatting: 2.000 gevallen van uitbuiting per jaar

Hoewel er tussen 2011 en 2017 ‘maar’ 25 uitbuiters zijn veroordeeld, ligt het aantal meldingen vijftig keer zo hoog. De Nationaal Rapporteur Mensenhandel schat het werkelijk aantal gevallen van arbeidsuitbuiting op 2.000 per jaar. En dat is exclusief prostitutie.

Bewijzen dat er iemand is uitgebuit is niet eenvoudig. Emiel Woutersen, hoofdauteur: “Je moet fysieke dwang bewijzen en ook dat de uitbuiter méér heeft verdiend dan hij had kunnen doen als hij al het gedane werk zelf had gedaan. Moderne slavernij is niet iemand die met een zweep zwaait, het is vaak subtieler.”

Ook legale arbeidsmigranten zijn slachtoffer

Directe arbeidsdwang speelt vooral bij ongedocumenteerden. Maar de Investico-journalisten zien dat ook legale arbeidsmigranten worden uitgeknepen. Zo draaien de distributiecentra van Albert Heijn merendeels op Poolse uitzendkrachten. Die worden allemaal door één uitzendbureau geleverd. Dat bureau huisvest ze ook en deelt de werkroosters in. Klagen over ratten in de gehuurde kamer of het schenden van de arbo-wetgeving tijdens het werk, kan je uren kosten.

Woutersen: “De overheid moet de arbeidswetten beter handhaven. Maar partijen als D66 en VVD roepen dan al snel: ‘regelzucht!’” Ondertussen helpt de overheid werkgevers in het vinden van plooibaar personeel, bijvoorbeeld via het zogenaamde Wok Akkoord. Dat maakt het voor de horeca gemakkelijk om Chinese koks hier aan het werk te zetten. “Die koks zijn afhankelijk van hun baan om hier te kunnen blijven en we zien ook hier gevallen van onbetaald overwerken en overtredingen van de arbo-wetgeving. In het Wok Akkoord staat nota bene dat er behoefte is aan buitenlands personeel omdat de arbeidsomstandigheden in deze sector niet goed zijn en Nederlands personeel daarom nauwelijks te vinden is. Misschien moet je dan wat aan die arbeidsomstandigheden doen!”

Uitzendbureaus omzeilen arbeidswetten

Wat werkgevers en uitzendbureaus met arbeidsmigranten flikken, doen ze trouwens ook steeds vaker met Nederlandse uitzendkrachten en zzp’ers. Het derde deel van Uitgebuit beschrijft hoe de overheid in 1996 de uitzendbranche ‘normaliseerde’; cao-onderhandelingen voeren, maar niet langer vergunningsplichtig. De markt voor uitzendkrachten explodeerde en er ontstond een levendige concurrentie tussen uitzendbureaus in het creatief omzeilen van de arbeidswetten.

Een van de nieuwere routes is payrolling, waarbij uitzendkrachten worden aangemoedigd om zzp’er te worden. Je krijgt aan het eind van de maand iets meer dan een uitzendkracht, totdat je ziek of werkloos bent. Woutersen: “In het boek komen ook vertegenwoordigers van de werkgevers aan het woord. Sommige zeggen dat de vakbonden meer tegengas hadden moeten geven tegen de flexibilisering van de afgelopen decennia. Maar je zou toch geen vakbond nodig moeten hebben om je personeel goed te behandelen? Zolang werkgevers denken dat ze moeten concurreren op arbeidskosten blijven er bedrijfjes bestaan die hen daarbij helpen.”

Kun je als gewone burger iets doen tegen arbeidsuitbuiting? “Dat is lastig als bedrijven in een race to the bottom zitten. We moeten in ieder geval af van het idee dat flexibel werk alleen maar vrijheid oplevert. We kunnen het beter ‘onzeker werk’ noemen. De directe verantwoordelijkheid ligt uiteindelijk bij de overheid. Die moet meer handhaven en flexwerken beter reguleren.”

Uitgebuit ⎯ Emiel Woutersen
Uitgeverij Atlas Contact  € 21,99

advertentie Regenboog Groep

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in