Nulurencontractanten, min-max-werkers, payrollers, uitzendkrachten, schijn-uitzendkracht, tijdelijke werknemers, zelfbewuste zzp’ers, noodgedwongen zzp’ers en schijnzelfstandigen. Er is een wildgroei aan flexibele contracten op de arbeidsmarkt. Nederland is koploper in Europa met flexibel werk. Een op de drie werkenden heeft geen vast contract. De flexibilisering van werk is de afgelopen decennia meer dan verdubbeld. De flex-trend is doorgeslagen, dringt nu steeds breder door.

‘Er dreigt een tweedeling tussen goed beschermde en toegeruste werkenden en slecht beschermde en slecht toegeruste werkenden. Dit is de nieuwe sociale kwestie van onze tijd. En als u nog niet overtuigd bent door woorden en rapporten: laat beelden dan spreken, en ga dit weekeind nog even naar de film Sorry we missed you van Ken Loach over de pakjesbezorger in het VK met z’n witte busje. Elke keer als ik zo’n busje hier in de stad zie rijden, komen de beelden weer op m’n netvlies. Willen we in zo’n land werken?’, zei voorzitter Hans Borstlap bij de presentatie van het rapport van de commissie Regulering van Werk.

Die commissie heeft op verzoek van minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de knelpunten op de arbeidsmarkt onderzocht. Samengevat luidt het advies: geef alle werkenden dezelfde rechten en plichten. Vast werk wordt minder vast, flexibel werk minder flexibel. Een aantal voorstellen: een fiscaal gelijke behandeling en basisinkomen-zekerheid voor alle werkenden, ook zelfstandigen moeten een arbeidsongeschiktheidsverzekering hebben, flexwerk wordt duurder voor de werkgever en werkgevers mogen deeltijdontslag opleggen. De commissie wil ook de wildgroei aan (flex)contractvormen stoppen. Er moeten straks nog maar drie soorten werkenden zijn: mensen met een contract voor (on)bepaalde tijd, echte zelfstandigen en uitzendkrachten.

De reacties op het rapport waren op voorspelbare punten positief en negatief, Maar zelfs ondernemersorganisaties VNO, MKB en LTO vinden dat er oplossingen moeten komen voor de doorgeslagen flex. VNO-NCW-voorzitter Hans de Boer liet voor het eerst onlangs in het Financieele Dagblad weten bereid te zijn om over versobering van de zelfstandigenaftrek te praten voor ‘oneigenlijke’ zelfstandigen. Het uitgangspunt van Borstlap ‘alle werkenden zijn werknemer, tenzij’ past echter volgens de ondernemers niet in deze tijd. ‘Voor de werkende van de 21ste eeuw moeten het arbeidsrecht en vaste arbeidscontract uit het begin van de vorige eeuw niet meer als norm gelden.’

FNV: Maak vaste baan de norm en flex duurder

De FNV ziet al jaren dat mensen steeds vaker op allerlei soorten flexcontracten worden gezet. “Werkgevers wentelen alle risico’s af op werkenden, en de politiek heeft dat met haar beleid mogelijk gemaakt”, aldus woordvoerster José Kager. “Nu de politiek eindelijk de kwalijke gevolgen ziet, komt ze met wetgeving zoals de Wet Arbeidsmarkt in Balans (wab). De gedachte erachter is: als werkgevers makkelijker van vaste krachten af kunnen, nemen ze eerder mensen vast aan. Maar iedereen onzekerder maken van zijn baan, vinden wij een slechte ontwikkeling. Flex duurder maken is wel goed.”

De bond krijgt veel klachten over tijdelijke contracten. “Overal worden leden en niet-leden uitgebuit met een waaier aan flexconstructies. Zeker mensen in kwetsbare posities zoals arbeidsmigranten en lager geschoolden hebben hiervan last, maar ook bijvoorbeeld freelancers in de journalistiek en bij de omroepen.”

Een vaste baan moet de norm zijn voor iemand die structureel werk verricht, vindt de FNV. “Werkgevers moeten weer hun verantwoordelijkheid nemen en hun sociale gezicht laten zien.” Door flexwerk staat het leven van veel jongeren in de wachtstand geeft de FNV-woordvoerster aan. 85 Procent van de werknemers (15 – 35 jaar) vindt een vaste baan belangrijk, aldus onderzoek.

WRR: Flexwerk vaak slecht voor de economie én je gezondheid

Ook de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid kwam onlangs met een rapport: Het betere werk. Daarin geeft de raad adviezen om de kwaliteit van ons werk te verbeteren. Technologisering, flexibilisering en intensivering van werk kunnen grote gevolgen hebben voor wie er straks nog werk heeft. “Wij noemen het een nieuwe maatschappelijke opdracht. Het gaat nu om goed werk, om de kwaliteit van werk, daarvoor is nog te weinig aandacht”, zegt econoom Robert Went, WRR-onderzoeker. Een steeds grotere groep mensen heeft niet het gevoel dat ze zelf het werk kan bepalen, geeft hij aan. “Dus de autonomie vermindert, terwijl we wel steeds meer hoogopgeleid zijn. Een steeds grotere groep heeft minder grip op werk, bijna 50 procent heeft dat gevoel. Ook opmerkelijk: bijna 38 procent van de ondervraagden heeft het gevoel dat ze vaak heel snel moet werken, dus erg onder druk staat om te werken.” De WRR waarschuwde twee jaar geleden al voor de grenzeloze flextrend. Tijdelijke flexbanen werken verlammend. “Dit is niet alleen slecht voor die mensen, maar ook voor de economie en de samenleving in geheel, hebben we toen gezegd. Als mensen een flexbaan hebben, zeggen ze niet zo snel tegen hun baas: dit doen we helemaal verkeerd volgens mij, of: laten we het anders aanpakken. Voor innovatie is belangrijk dat mensen kritisch kunnen zijn en met nieuwe ideeën kunnen komen. Als je veel tijdelijke flexbanen hebt, Nederland is kampioen flexwerk, dan rem je daarmee innovatie. In mensen met een flexbaan wordt ook niet geïnvesteerd. Je benadeelt daarmee niet alleen die mensen op de lange termijn, maar ook de economie.”

Lange tijd is geclaimd dat flexbanen goed zouden zijn voor de economie, vervolgt Went. “Alles moest maar flex, dat was een tijd enorm in de mode. Maar een aantal heilige huisjes van het neo-liberalisme is toch wel aan het wankelen nu. Je ziet ook een herwaardering van de rol van de overheid, van ambtenaren in de publieke sector.”

Het idee dat flex op retour moet, is een trend, beaamt hij. Went noemt het fascinerend dat de OESO, ‘de rijke landen club’, een paar jaar terug van standpunt begon te veranderen. “Dat was ook altijd een van de kampioenen van de flexibilisering. Zij zeggen nu: je kunt ook te veel flexibiliseren, dat heeft nadelige gevolgen voor mensen en de economie. Je moet juist kwaliteit van werk belangrijk gaan vinden en mensen zekerheden bieden. Je ziet het ook in de Tweede kamer, van VVD tot links wordt gezegd: mensen hebben nieuwe zekerheden nodig.”

Er zijn nu ruim 1,9 miljoen tijdelijk werkenden, oproepcontractanten en uitzendwerkers (bijna een half miljoen meer dan tien jaar eerder) en 1,5 miljoen zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel, die soms noodgedwongen hiervoor hebben gekozen of schijnzelfstandige zijn, zoals zelfstandige maaltijdbezorgers en afwashulpen). Vooral mensen mensen met een lage opleiding hebben flexbanen. De onzekerheid is ongelijk verdeeld, zegt Went. Als je jong, vrouw en lager opgeleid bent, heb je de grootste kans om in een flexbaan terecht te komen. “De persoonlijke gevolgen: mensen hebben constant zorgen of ze nog wel werk hebben over twee maanden, het is moeilijker om een hypotheek af te sluiten, om een toekomst op te bouwen, uit onderzoek blijkt ook dat mensen kinderen krijgen uitstellen omdat ze geen vaste baan hebben.” Ook hebben flexwerkers eerder last hebben van financiële stress. En dat kan tot gezondheidsproblemen leiden.

© George Maas/Fotonova
© George Maas/Fotonova

Het kabinet heeft dit jaar de wab ingevoerd die de kloof tussen vast en flexwerk alvast kleiner moet maken. Of die wet in praktijk gaat werken, moet blijken, zegt Went. Veel werkgevers proberen volgens de FNV de wet te ontduiken. ‘Werkgevers en opdrachtgevers hebben geen boodschap aan de intenties van dit kabinet om de doorgeslagen flex terug te dringen. Ze blijven op zoek gaan naar mogelijkheden om arbeid zo goedkoop mogelijk te maken’, aldus bestuurder Zakaria Boufangacha in een FNV-bericht. Ook in de media duiken berichten op over werkgevers die iemand op vrijdag ontslaan en op maandag weer in dienst nemen als zzp’er.

Went: “Er zitten ook goede aspecten aan de wet, bijvoorbeeld dat flexbanen duurder worden. Een vriendin van een vriendin die in de thuiszorg werkt, kreeg bijvoorbeeld te horen: je krijgt een vaste baan, ze werd te duur als tijdelijke kracht, maar zo gaat het niet altijd. Payrolling duurder maken is prima, maar hoe het in praktijk uitpakt, weten we nog niet. We zien goede voorbeelden, en de uitzendbranche ziet dat meer mensen een vaste baan krijgen. Maar je zult altijd zien dat er ook wordt geprobeerd het te ontduiken.

Door de krapte op de arbeidsmarkt (veel vraag naar personeel) is het afgelopen jaar het aantal tijdelijke banen iets gedaald en het aantal vaste banen met 200.000 toegenomen, meldde het CBS onlangs. Went: “Laten we hopen dat die krapte nog even aanhoudt. Je ziet dat meer werkgevers nu eieren voor hun geld kiezen en mensen vaker een vaste baan gaan geven en weer in mensen investeren.”

Een alliantie van veertig partijen gaat nu met het Borstlap-advies aan de slag om een van de grootste arbeidshervormingen in honderd jaar vorm te geven. Ondertussen roept de FNV werkgevers op tot een centraal arbeidsmarktakkoord te komen. Komend jaar wil de bond in cao’s afspraken maken over minder flexibele contracten en meer zeggenschap voor werknemers.

Pakketsorteerder Kasia: ‘Je weet nooit waar je aan toe bent’

“Ik werk anderhalf jaar voor een uitzendbureau en sorteer pakketjes in een distributiecentrum van PostNL. Het is eentonig werk, maar mijn collega’s zijn leuk.

Het werk gaat niet helemaal zoals ik had verwacht. Op donderdag krijgen we het werkrooster voor de komende zeven dagen, maar daarna komen er elke dag in de voormiddag wijzigingen door. Ik moet telkens maar afwachten of er uiteindelijk werk is en zo ja van hoe laat tot hoe laat. Je weet nooit waar je aan toe bent, iets privé afspreken is bijna niet mogelijk.

We praten er onderling wel over, maar voorzover ik weet klaagt niemand bij de werkgever over die voortdurende roosterwijzigingen. Het is niet zo dat we dat niet durven omdat we bang zijn om onze baan te verliezen. We hebben gewoon niet het gevoel dat er echt iets kan veranderen. Ik zal sowieso niet gauw klagen of kritiek uitten omdat ik bang ben dat ze moeilijk gaan doen over verlofaanvragen.

Veel werk op het sorteercentrum wordt gedaan door arbeidsmigranten, vooral Polen, maar ook Roemenen, Spanjaarden en Portugezen. Er zijn maar weinig migranten met een vaste aanstelling.

Rondkomen is lastig. Ik ben naar Nederland gekomen om te werken en in de hoop te kunnen sparen, maar dat lukt niet. Het is overleven. Ik werk nu maar twintig uur per week, want we zitten in een rustige periode. Maar ook de hoeveelheid werk tijdens de kerstperiode viel tegen. Ik heb in december €1.100,- bruto verdiend, terwijl je verwacht dat er dan veel te doen is. Ik verdien €10,53 bruto per uur. Als ik heel zuinig leef, kom ik rond.

advertentie Regenboog Groep

Ik heb sinds vorige maand een jaarcontract via het uitzendbureau voor 120 uur per maand. Ik ben het daar niet mee eens, want het gemiddelde aantal gewerkte uren lag de afgelopen twaalf maanden hoger. Ik wacht nog steeds op een reactie van het uitzendbureau.

Ik zou wel een vast contract willen via PostNL, dat zou zekerheid geven. Je weet nu niet waar je aan toe bent, dat maak het moeilijk om toekomstplannen te maken.

Gelukkig kon ik via via bij Poolse mensen een huis huren. Voor de meeste arbeidsmigranten is het heel moeilijk om een eigen woning te huren, want makelaars eisen dat je een jaarcontract hebt. Ze zitten op een camping in huisjes bij elkaar of in Polenhotels op kamers.

De laatste tijd heb ik stress. Er gaat veel fout met de uitbetaling door het uitzendbureau. Ik moet elke week mijn loonstrook regel voor regel goed nakijken. Soms is het niet te begrijpen en kloppen mijn gewerkte uren niet. Of de zorgverzekering is niet afgeschreven, dan zit ik in spanning of ik nog wel ben verzekerd. Of de km-vergoeding staat er niet op. Heel veel fouten, elke week moet ik er achteraan. Ik ben bang voor de gevolgen op mijn werk als iemand weet dat ik met de pers praat, vandaar alleen mijn voornaam.” (MS)

Met dank aan Jessica de Klerk van de FNV

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in