Laurens Ivens | © George Maas/Fotonova

Meer huurwoningen moeten een gemaximeerde prijs krijgen en de overheid moet beleggers van de koopmarkt weren. Dat bepleit de Amsterdamse wethouder van Wonen, Laurens Ivens. “Wonen is een winstobject geworden, terwijl wonen gaat om een dak boven je hoofd, we praten te weinig over volkshuisvesting.”

Amsterdam is steeds meer een stad voor hoge inkomens, steeds meer woningen worden gekocht om te verhuren, een sociale huurwoning is nauwelijks te vinden. Wat zijn de oorzaken van de wooncrisis?

“Amsterdam is enorm populair om te wonen, ook voor mensen met hoge inkomens. De particuliere verhuurmarkt is totaal veranderd. In het verleden werden ook woningen verhuurd aan mensen met een laag of gemiddeld inkomen, maar die huurmarkt is doorgeschoten naar de hogere inkomens. Als huren in de vrije markt en kopen, niet meer betaalbaar zijn voor mensen met een laag of middeninkomen, dan wil iedereen een corporatie-woning, en daarvan hebben we er te weinig.”

En corporaties doen sociale huurwoningen in de verkoop, hoe vaak gebeurt dat?

“Corporaties verkopen gelukkig steeds minder woningen, maar wij willen liever dat corporaties helemaal geen woningen meer verkopen. We hebben afspraken gemaakt, en dat is baanbrekend, dat de corporatie-voorraad moet toenemen. De enige reden dat corporaties nog woningen verkopen is om de nieuwbouw te kunnen betalen. De corporaties moeten enorm veel belasting (de verhuurdersheffing) betalen aan het Rijk en kunnen daardoor hun nieuwbouw niet realiseren als ze geen woningen verkopen. Wij hebben afgesproken dat het aantal sociale huurwoningen moet toenemen. Dat ze daarvoor ook woningen moeten verkopen, daar balen wij van. Zodra de verhuurdersheffing van tafel is, gaan we weer met de corporaties praten. Want in een tijd dat er zo’n schreeuwend tekort aan betaalbare woningen is, is het niet verantwoord dat er nog steeds sociale woningen worden verkocht. Aan die verhuurdersheffing moet zo snel mogelijk een eind komen. Als ik de verkiezingsprogramma’s lees, heeft die heffing vrijwel geen enkele vriend meer. Er is een duidelijke politieke en maatschappelijke meerderheid tegen de heffing. Logisch, want het is een rem op nieuwbouw. Het is een pure treiteraar voor mensen die een betaalbare woningen nodig hebben.”

De handen van de gemeente zijn gebonden door landelijke regelgeving, maar wat kan de gemeente wel doen om de crisis op te lossen?

“Vooral de particuliere woonvoorraad is onbetaalbaar geworden. Historisch gezien is er al jaren een schreeuwend tekort aan corporatiewoningen, gezien ook de enorme wachtlijsten. Jarenlang moest 50 tot 60 procent van de mensen door corporaties worden gehuisvest en het overige deel van de mensen redde het op de particuliere markt. Nu is dat bijna onmogelijk omdat de particuliere voorraad duur is geworden. Daarom zijn wij voor gemaximeerde huren door bijvoorbeeld het puntenstelsel door te trekken. Bij nieuwbouw hebben we nu gezegd: 40 procent moet sociale huur zijn, 40 procent semi-gereguleerd voor de midden-inkomens en 20 procent vrije markt. We bouwen in Amsterdam dus 80 procent betaalbare woningen en een deel duurder omdat we ook in nieuwe gebieden een gemengde buurt willen.

Ik vind het ook schandalig als sociale huurwoningen worden verkocht, maar we kunnen niet afdwingen wat corporaties doen, want het zijn zelfstandige instanties. Ik maak wel prestatieafspraken met ze. Die zijn gericht op voorraadtoename en zorgen ervoor dat de juiste woningen voor de juiste mensen beschikbaar komen. Maar op de prijsbepaling in de vrije huur- en koopmarkt, daar heb ik geen invloed op. Wel kan de gemeente erop toezien dat een woning bijvoorbeeld geen illegaal hotel wordt. Maar ik mag me niet bemoeien met de prijsstelling en dat wringt. Want daar gaat het mis. De verkoop- en huurprijzen rijzen de pan uit, waardoor mensen met lage inkomens niet meer een woning kunnen vinden. Als alle Amsterdammers morgen een nieuw huis moeten hebben, hebben we echt onvoldoende woningen voor mensen met een laag of gemiddeld inkomen. Gelukkig zitten er veel mensen in een woning die op papier veel waard is, maar eerder goedkoper gekocht is of een lagere huurprijs heeft. Het probleem is de nieuwe verhuur. Daar maak ik me het meest zorgen over, en de wachtlijsten voor een corporatiewoning zijn gewoon 14/15 jaar.”

Wat moet de landelijke overheid nu echt snel gaan veranderen?

“Zorg dat meer woningen een gemaximeerde prijs krijgen. Maak het puntenstelsel los van de marktwaarde. Voorheen werd een woning beoordeeld op kwaliteit, dat systeem is bijna verdwenen Dat is een heel foute overheidskeuze geweest. Het Rijk heeft besloten woningen niet langer te verhuren voor wat ze echt waard zijn, maar voor wat de verhuurder ervoor kan vragen. Daardoor zijn veel sociale huurwoningen weggevallen. Veel beleggers willen woningen bemachtigen om ze daarna duur te verhuren of te verkameren. Er is geen goede huurbescherming voor het vrije segment. Weer beleggers van de koopmarkt. Wonen is een winstobject geworden, terwijl het gaat om een dak boven je hoofd. We praten te veel over de woningmarkt en te weinig over volkshuisvesting. Het hele woonbeleid staat op gespannen voet met wat in de grondwet staat: het is de zorg van de overheid dat mensen een goede betaalbare woning hebben.”

advertentie Regenboog Groep

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in