Tweedeling in de stad steeds groter

AMSTERDAM

0
1444

De gemeente Amsterdam wil de groeiende tweedeling in de stad tegengaan. De kloof in inkomen en welvaart wordt steeds groter: zo leven hoogopgeleiden in Zuid acht jaar langer dan laagopgeleiden in Noord, en ook nog eens negentien jaar langer in goede gezondheid. Dat moet anders, vindt het college.

Het stadsbestuur heeft als belangrijke uitdaging ‘hoe we Amsterdam een rechtvaardige stad voor iedereen kunnen laten zijn’. Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Om beter begrip te krijgen van oorzaken en gevolgen van kansenongelijkheid en de samenhang met gemeentelijke beleid, is een onderzoek uitgevoerd. Dat heeft de titel ‘Amsterdamse Verkenning Kansenongelijkheid’. Het rapport telt bijna honderd pagina’s. De Raad van 24 heeft de Verkenning opgesteld. In de raad zitten twaalf wetenschappers en twaalf gemeentemedewerkers. Zij stelden drie kernvragen: wat zien we aan ongelijkheid, wat weten we over de oorzaken en hoe zetten we een volgende stap om kansenongelijkheid aan te pakken.

Cijfers

In de Verkenning staan harde cijfers die aantonen dat er een flinke tweedeling is de stad, op tal van terreinen. Wat het meest opvalt: hoogopgeleiden in stadsdeel Zuid leven maar liefst acht jaar langer dan laagopgeleiden in stadsdeel Noord. Bovendien blijken hoogopgeleiden ook nog eens negentien jaar langer in goede gezondheid te leven dan laagopgeleiden. Maar ook in het onderwijs is er een forse tweedeling: zo haalt een kind van laagopgeleide ouders in 26 procent van de gevallen een HBO/WO-diploma tegen 55 procent van een even slim kind van hoogopgeleide ouders.

Ook de werkloosheidscijfers verschillen tussen hoogopgeleid (vier procent) en laagopgeleid (12 procent), net als de verschillen bij vaste arbeidscontracten: van de hoogopgeleiden heeft 81 procent een vast contract tegen 60 procent van laagopgeleiden.

Bestrijden

Wat kan de gemeente doen? Om te beginnen: de gemeente doet al veel aan het bestrijden van de tweedeling, aldus het rapport. Met als bekend voorbeeld de jaarlijks meer dan 100 miljoen euro aan armoederegelingen. Daarvan maken honderdduizend Amsterdammers gebruik. Maar dat is feitelijk brandjes blussen. Het biedt geen structurele oplossing.

Bij de behandeling van de Verkenning in de raadscommissie WIO stelden de wethouders Groot Wassink (GroenLinks) en Moorman (PvdA) dan ook dat het bestrijden van de tweedeling een zaak is van lange adem. “Het is een giga-opgave en zal meerdere collegetermijnen in beslag nemen.” Het college wil de kansenongelijkheid op drie niveaus aanpakken: het voorzetten van bestaande succesvolle programma’s zoals het armoedebeleid, het gericht investeren in de 32 ‘ontwikkelwijken’ in Amsterdam en het aanpakken van ‘systeem barrières’, op gemeentelijk- én rijksniveau. Beide wethouders benadrukken dat er nog geen concrete doelstellingen zijn. “Het is nog maar het begin.”

 

advertentie Regenboog Groep

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in